Fotobijschrift allen zonder titel, 2008, 2007 en 2005
vrijdag 16 oktober 2009
Wilhelm Sasnal, K21 Düsseldorf
Fotobijschrift allen zonder titel, 2008, 2007 en 2005
donderdag 11 juni 2009
53st Biënnale van Venetië, deel 2
Klik hier voor hun videoverslag!
Er worden drie videowerken vertoond. Naast Provenance uit 2008, wordt als hoofdwerk Disorient getoond, waarin de door een voice over, voorgelezen reisbeschrijving van Marco Polo, wordt gekoppeld aan actuele en directe beelden uit de besproken oosters gelegen Arabische en Aziatische landen waar hij op zijn reis doorheen trok. Op een tweede scherm wordt als het ware een interieur getoond van en ‘winkel’ of voorraadkamer met allerlei spullen, handelsproducten en objecten afkomstig uit deze landen. Loopt de 'reisverslagflim' vooruit, de tweede opname wijkt en spoelt als het ware doorlopend terug. Deze over twee schermen door de ruimte verdeelde video installatie vertoont zo niet alleen bronnen en of ankers, die we als autobiografisch kunnen verbinden met de persoonlijke achtergrond van Fiona Tan, maar verbindt ook Venetië opnieuw met zijn vroegere handelsrelaties en overbrugt daarmee een tijdspanne van zo’n 500 jaar. Disorient beleeft zijn première hier in Venetië en is hier zo te zien, helemaal op zijn plaats.
In haar derde werk, Rise and Fall, ook nieuw, worden twee schermen parallel aan elkaar getoond. Het openingsbeeld toont synchroon een beeld van stromend water, dat steeds nadrukkelijke tegen de ‘leesrichting’ in stroomt. Het beeld wordt doorsneden met de opname van een slapende vrouw. Een oudere vrouw. Eerst verschijnt ze op het linker scherm en dan ook op het rechter. Dan opnieuw het steeds onrustiger stromend water, dat in close-up over beide schermen stroomt.
Hoewel het duidelijk is dat water niet voor niets zo onrustig stroomt, komt het toch als een verrassing als het beeld toont, hoe het water over de rand stort van een enorme waterval. Als de close-up uitzoomt en we een blik worden gegund op de omvang en de schaal waarin het water in dit natuurgeweld omlaag valt en uiteenspat in een watergordijn dat zich hult in nevel. Dan is er weer het beeld van de slapende vrouw. Vervolgens is zij opgestaan en begint ze aan haar dag. Als blijkt dat ze aanstalten maakt het huis te verlaten wordt het beeld doorsneden met het tweede personage, een ander vrouw, een jongere vrouw.
Terwijl je nog even puzzelt over de relatie tussen deze twee personages ontrolt zich een kortefilm waarin het tegen elkaar in stromen en dan weer schijnbaar samenvallen van deze twee personage het onderwerp vormen van deze kunstvideo. Ook hier is er een subtiele gearrangeerde mix van beelden, deels observerend, deels informerend maar niet verhelderend. Of er een relatie tussen deze twee personages is en welke dan en of in welk tijdsinterval beide gefilmde personen hier beschouwd kunnen worden blijft een open vraag...
Wat is actuele ervaring of beleving? Wat is herinnering of zijn het in een verleden terugliggende gebeurtenissen? Seizoensaspecten in de beide loops sluiten niet aan; kale bomen en bomen vol in het blad, nazomer of voorjaar, rise of fall? In strak 21 minuten wordt een heel scala aan mogelijkheden doorlopen, tal van vragen opgeroepen, maar slechts weinig vragen beantwoord. Dit maakt direct duidelijk hoe sterk het filmisch medium is. Welke gedachten processen als bijna van zelfsprekend in het hoofd van de beschouwer kunnen worden geactiveerd en opgeroepen. Hoe beperkt houdbaar ons visueel geheugen is en hoe suggestief de werking is van beeld en geluid. Hoe wij zelf geneigd zijn, uit fragmenten een verhaal te destilleren en dit zo te construeren en aan te vullen, dat het beantwoordt aan de honger naar een zichzelf verklarend geheel. En het laat zien hoe sterk Fiona Tan al deze aspecten beheerst en weet toe te passen in haar werk.
'Rise and Fall’ maakt als mediakunstwerk de meeste indruk op mij. En gelukkig is in tegenstelling tot wat in andere paviljoens gebruikelijk is bij de presentatie van videomedia, het Nederlandspaviljoen niet verworden tot een ‘black box’, maar er heerst een schemersfeer van teruggenomen licht. Dit versterkt de kwaliteit van de presentatie enorm, omdat die schemersfeer goed aansluit op de aard van het werk van Fiona Tan, dat eveneens geen duidelijkheid of houvast wil verschaffen en goed past bij dit schemerduister.
Toch zie ik ook in het werk van Fiona Tan de worsteling met de filmische conventies. Wat is geënsceneerde videokunst en wat is film, documentair of drama? In de geënsceneerde fotografie is er ook een vergelijkbaar spel tussen het documentaire karakter en het geënsceneerde karakter van die foto’s. Soms weten we ons geconfronteerd met foto’s, die eigenlijk meer verslag doen van observaties van min of meer exotische bestemmingen. Fotografie die dan aan ons wordt gepresenteerd als 'kunstfotografie', maar die goed beschouwd niet verder reikt dan de persoonlijke observatie van de maker op die specifieke plek. Foto's die geen verwerking geven, die ik verwacht, van wat ‘kunst’ wordt genoemd.
dinsdag 2 juni 2009
53ste Biënnale van Venetië, deel 1
Een zoektocht die als vanzelfsprekend met haar persoon is verbonden en noemt zij zich zelf niet, zoals Sting ooit zong een ‘Legal Alien’, maar een ‘Professional Foreigner’. Fiona Tan werkt voornamelijk met film en fotografie en voegt dit samen in video installaties. Opvallend in haar werk is de aandachtige registratie van mensen in hun omgeving en loopt de thematiek van culturele ontheemding als een rode draad door haar oeuvre.
donderdag 28 mei 2009
Nieuw NHM Arnhem, een brug te ver.
Jan Vaessen en Francine Houben hadden terecht een mooi plan ontwikkeld op basis van synergie. Zeker nooit op basis van onderling concurrentie tussen twee museale instellingen in een provinciale stad. Arme Pauline Krusseman, hoe heeft zij zich ooit kunnen laten strikken voor een bestuursfunctie met daarin een direct liaison met de politiek? Hoe heeft het kunnen gebeuren dat het bestuur zo’n Erik Schilp en Valentein Byvanck als directieduo heeft benoemt? Hoeveel ondeskundigheid ten aanzien van dit ambitieuze plan kan er geactiveerd worden? Drie of zelfs vier politieke partijen die met elkaar in hevige concurrentie strijd zijn, moeten elkaar samen vinden in één historisch bed: SP, CDA, VVD, PvdA? Lees de culturele paragraven in hun partijprogramma’s en je hoeft geen helderziende te zijn om te kunnen voorspellen dat dit zou eindigen in een richtingen strijd.
Het “Peter principle” en “De wet van Murphy” zijn hier beiden actief en het culturele veld loopt bij het algemeen publiek, over de volle breedte weer de klappen op en de imago schade. Alle vooroordelen lijken weer eens gemakkelijke te kunnen worden bevestigd. Het huidig bestuur van het NHM doet er verstandig aan terug te treden. Van Schilp en Byvanck kunnen ook beter snel iets anders gaan doen. Alle betrokken dienen zich eens goed achter de oren te krabben en zich af te vragen wie zij een dienst bewijzen?
De observaties van Letty Randshuizen in de Volkskrant kortgeleden waren geheel juist . Het is duidelijk dat tot nog toe er door bestuur en directie of de politiek, werkelijk met weinig liefde aan dit initiatief is gewerkt. Iedereen lijkt stomweg verblindt te zijn door zijn ambities, de pot met geld en partij ideologische motieven. Daar boven uit is persoonlijke ambitie, een is een slechte raadgever bij iets waar diplomatiek is vereist. Waarom alle uitgangspunten verlaten, waarop juist het plan van Jan Vaessen zich kwalificeerde?
Binnenkort komt Gijs van Tuyl beschikbaar, mogelijk kan hij na de redding van het Stedelijk Museum in Amsterdam, samen met Jan Vaessen een uiterste inspanning doen om alsnog voldoende goodwill bijeen te brengen voor dit plan, maar ik vrees dat het inmiddels rond uit hopeloos is.
Ikzelf stel voor dat de Tweede Kamer zelf snel besluit schoonschip te maken en de hele opdracht terugneemt en de beschikbare middelen, het hele budget in een fonds stopt ter bevordering van historische kennis en promotie van onze geschiedenis. Hieruit subsidies beschikbaar stelt aan initiatieven van bestaande instellingen in de hele breedte van het culturele veld om de inmiddels veroorzaakte imagoschade te herstellen en mogelijk de beoogde doelstellingen alsnog te realiseren zonder een nieuw museum uit de grond te willen stampen: Het bevorderen van historische kennis en historisch bewustzijn bij een breed en algemeen publiek.
Mogelijk kan dan het Zeeuwsmuseum en het Zuiderzee museum als mee van de eerste een subsidie hiertoe ontvangen. Ik heb gelezen dat het daar met de historische aspecten van deze musea slecht is gesteld. En hoe zat het ook al weer met die brug, die John Foster Brug in Arnhem. Was die film niet in Deventer opgenomen? De titel: “A Bridge too Far!”
vrijdag 10 april 2009
DARA BIRNBAUM, SMAK Gent
Haar basale video’s met elementaire analyses van de werking van audiovisuele beelden heeft echter aan zeggingskracht niets verloren en tonen aan dat Dara Birnbaum een belangrijke wegbereider is (geweest) in het onderzoeken van de werking van deze media. Dat de invloed en de beïnvloeding die vanuit de media tot onze komt alles behalve onschuldig is. Eigenlijk heeft de kern van haar thema niets aan actualiteit verloren, waarin zij ons kijkers, aanmoedigt om met een kritische geest de werking van deze beelden steeds te beoordelen en ons bewust te zijn van de gijzelende werking die er van uitgaat en hoe wij keer op keer door deze bewust samengestelde beelden die in herhaling op ons worden afgevuurd, worden gemanipuleerd.
Wie bepaald ons perspectief, het kader van onze blik, waarin we de beelden aangeleverd krijgen?
Wat is waarheid en hoe worden beelden gebruikt om een bepaalde overtuiging bij ons te bekrachtigen?
Hoe worden beelden in de media gevormd?
Haar werk neemt een unieke plaats in in de wereld van de videokunst en video-installaties. Als een van de eerste drong Birnbaum het medium ‘video’ zelf binnen en ontrafelde de manipulerende kracht van het medium als communicatie middel, de verborgen agenda’s en de stereotypering die van het medium uitgaat. Door het gebruik van de zelfde middelen, het medium zelf, de zelfde technieken, visuele taal en beeldsequenties, weet ze in haar werk levendige kritiek te geven op de maatschappij en de machten die deze media inzetten.
Naast de bijdrage aan het onderzoeken van de manipulatieve krachten van beelden en de stereotypering die van ogenschijnlijk alledaagse beelden uit kan gaan, leverde zij een belangrijke bijdrage aan juist het scherper beoordelen van de technieken die film en televisiemakers gebruiken, om ons bepaalde stereotype beeldvorming op te dringen. Niet zozeer het medium zelf als wel de methodieken en technieken die gebruikt worden om het medium tot stand te brengen treffen haar kritiek. Naast dat zij voortkomt uit de tijd van de opkomst van een bepaald militant feminisme, heeft zij haar idioom ingezet voor het doorbreken van clichématige presentaties zonder te vervallen in het klassieke feministische idioom uit die tijd. Daarvoor te waken, is mogelijk het geen, wat haar werk nu nog altijd zo krachtig maakt. Haar werk steunt op de overtuiging van de kracht van het vrouwelijk zelfbewustzijn en de vrouw uit te beelden als een zelfstandig emotioneel wezen.
Toch is de presentatie van het werk, zoals dit nu in het SMAK is opgesteld, maar ten dele overtuigend en is men er - naar mijn mening - niet in geslaagd het belang van het werk van Dara Birnbaum als veteraan van de videokunst beweging met overtuiging voor het voetlicht te brengen. Grotendeels zijn daar de gemaakte opstellingskeuze debet aan helaas. Hierdoor vallen de kunstwerken soms weg in de ruimte of hebben ze ogenschijnlijk onvoldoende visuele presentie. Voor de bezoeker die bereid is, dit ongemak voor lief te nemen en die inzoomt op de video’s en installaties zelf, ontdekt de kracht van de analytische aanpak van het medium door Dara Birnbaum. Dan blijkt ook dat haar werk, met de enorme technische vooruitgang die de audiovisuele media de laatste jaren hebben doorgemaakt, is meegeëvolueerd en aan zeggingskracht niets of slechts nauwelijks heeft ingeboet.
Dat er naast zeggingkracht ook humor in haar werk aanwezig is blijkt uit haar reactie op het verzoek dat haar ooit eerder bereikte een werk te maken waarin tot uitdrukking zou moeten komen hoe de wereld in de toekomst van 2023 er aantoe zou zijn. In de brief dit zij als reactie schrijft op het verzoek, beschrijft ze hoe verheugd ze zal zijn als de copyrights op Mickey Mouse zullen zijn vervallen en zij als kunstenaar eindelijk in de gelegenheid zal zijn Mickey tot haar eigen creaties toe te kunnen voegen.
Fotobijschrift: overzicht van werken op de tentoonstelling
Van 4 april tot 2 augustus in het SMAK, Citadelpark, 9000 Gent. Open di-zo van 10u tot 18u.
dinsdag 24 maart 2009
NEXUS-LEZING TILBURG
Nestor Robert Hughes is de meest bekende, meest gelezen (17 boeken) en volgens velen ook de meest uitgesproken kunstcriticus van onze tijd. De flamboyant kunstcriticus trad begin jaren zeventig, na een periode in Londen te hebben gewerkt, indienst van weekblad Time Magazine en verhuisde naar New York, waar hij nu nog altijd woont.
"Hughes kijkt, prijst en vonnist op een manier die met recht monumentaal genoemd kan worden." Zijn ambachtelijke kunstopvatting gaat voorbij aan de modieuze trends die het 'wereldje' zo kenmerken. Waar anderen Marcel Duchamp, Andy Warhol, Jeff Koons en Damien Hirst de hemel in prijzen, verfoeit Hughes deze niet zelf producerende 'kopieerkunstenaars'. Goede kunst is, zo meent hij gestoeld op technisch meesterschap en productief makerschap.
In 1997 wees een verkiezing onder Australiërs hem aan als één van de veertig ‘Living National Treasures’. Zijn stijl van schrijven en spreken is uit duizenden te herkennen en in trefwoorden te omschrijven als: lucide, onomwonden, altijd raak, met evenveel intelligentie als passie en van een alles verschroeiende geestigheid.
Of het nu gaat om de pretenties van de moderne kunstenaar, de schoonheid van Barcelona, de verfoeilijke klaagcultuur van onze tijd, het wonderlijke leven Down Under of het lot van de eenzame hengelliefhebber, Robert Hughes brengt het in zijn karakteristieke en uitdagende, directe stijl samen:
"... Ik geloof helemaal niet dat kunst kwetsbaar is. Ik denk dat mensen altijd op zoek zullen gaan naar ervaringen die complexer en betekenisvoller zijn dan de normale ervaringen in hun leven. Door naar kunst te kijken kun je zulke ervaringen krijgen... Het is niet de enige manier, maar ik ervaar zelf een enorm genot als ik naar een Vermeer kijk..."
Zaterdag 28 maart 2009, aanvang 14.00 uur, reserveren verplicht: http://www.nexus-instituut.nl/
Aula Universtiteit van Tilburg, Warandelaan 2 Tilburg
dinsdag 10 maart 2009
PIPILOTTI RIST, ROTTERDAM
In de transformatie van de centrale tentoonstellingszaal in het nieuwe gedeelte van het Boijmans van Beuningen Museum is zij er wonderwel in geslaagd, bezoekers dit medicijn voor te toveren. Na het achterlaten van je schoeisel, wordt je over dik tapijt, geruisloos binnengeleid in deze andere wereld. In het halfdonker, in de met golvende glasgordijnen afgehangen organische ruimte, wordt je binnengeleid in het universum dat Pipilotti Rist hier voor je heeft voorbereid.
Als na enkele herhalingen van de beeldsequenties het lukt, om je aan deze onderdompeling te onttrekken, je de weg naar de uitgang weet terug te vinden, bemerk je dat, terwijl jij je schoenen probeert terug te vinden, zich blijkbaar zomaar een opgewekt gevoel van je meester gemaakt heeft. Ogenschijnlijk is nieuwe energie aangeboord en heeft een bepaalde lichtheid zijn intrek in je hoofd genomen.Tja, en dat na het enkele tientallen minuten kijken naar kunst die ogenschijnlijk niet anders vermag…
Politici en haatzaaiers eerst verplicht twee keer een halfuur: Kunst 'for Change' dit keer.
maandag 23 februari 2009
KUNSTPALAST, DUSSELDORF
Dan nog zo'n vondst in die titel: ActaE-on, als knipoog naar hoofdsponsor E-on?: 'Acta Eon = E-on, doe iets!' Zo iets, dat vindt je toch alleen in Duitsland...?
Goed, het gevaar is nu weer geweken, de tentoonstelling is gesloten en de kunstwerken in gepakt. Niet verandert in een Hert, niet verscheurt door honden. Wat blijft zijn de flarden die je er nog van terug vindt op internet of natuurlijk de catalogus. Zo'n catalogus is natuurlijk niet het echte ding zien. Dus hier laat ik het maar even bij: 'De gestolen, stiekeme blik als inspirator, voor juist soms ook verrassende, overrompelende en ja soms prachtige kunstwerken.' Bijvoorbeeld het schilderij van Eric Fischl, nog van uit de tijd voordat hij zo'n beetje de echte society schilder van zijn generatie werd; Bad Boy. En natuurlijk ook onze 'good old' Rembrandt van Rijn, kon hier niet ontbreken, als inventieve vernieuwer van thema's en genres. Ja, ook hij schilderde odes aan dit 'voyeurisme' en niet alleen 'Susane in het bad'. Opdat we niet allemaal in 'herten' veranderen...
Fotobijschriften: Nr. 1 Eric Fischl, Bad Boy, 1981Olieverf op doek 167,5 x 244 cm, Courtesy Thomas Ammann Fine Art, Zürich. Nr 2 Rembrandt Harmensz. van Rijn, Diana mit Aktäon und Kallisto, 1634, Olieverf op doek, 73,5 x 93,5 cm, DüsseldorfFürst zu Salm-Salm, Museum Wasserburg Anholt.
zondag 1 februari 2009
ROTTERDAM, ART ROTTERDAM
Foto bijschrift: Artists Anonymous'Keeping up with the Koons', 2008 (190 x 240 cm)Courtesy: RONMANDOS, Amsterdam
dinsdag 6 januari 2009
ROTTERDAM, IAN WALLACE
In Witte de With is nog tot zondag 8 februari een helder overzicht te zien van het werk van Ian Wallace. Wallace weet in zijn werk op eigenzinnige wijze monochrome schilderkunst en documentaire fotografie aan elkaar te koppelen. Hoewel Wallace wordt gerekend tot een van de belangrijkste sleutelfiguren van de conceptuele kunstscene in Vancouver, is zijn werk in Europa tot nog toe onderbelicht gebleven. Ian Wallace is de drijvende kracht achter een vorm van fotografische conceptuele kunst waarvan o.a. zijn student Jeff Wall de bekendste vertegenwoordiger is.
In een samenwerkingsproject met de Kunstverein fur die Rheinlande und Westfalen te Düsseldorf en de Kunsthalle Zürich en Witte de With, is een omvangrijke tentoonstellingstrilogie ontstaan over deze Canadese kunstenaar.
Ian Wallace (1943, Shoreham) doceerde als kunsthistoricus, bijna twintig jaar kunstgeschiedenis en –theorie aan de University of British Columbia in Vancouver. In zijn werk onderzoekt hij met een oorspronkelijk nieuwsgierigheid beeldaspecten in een strikt omschreven set werkvormen, die leiden tot een eigen herkenbare beeldtaal, waarin de vanzelfsprekendheid van deze beeldelementen stelselmatig wordt ondervraagd.
In de presentatie in Witte de With worden enkele sleutel werken van Wallace getoond waaronder de installatie At Work uit 1983, die hier nu samen wordt getoond met een ‘remake’ uit 2008. Met een videoregistratie wordt een toelichting gegeven op het maakproces. Door de gecombineerde presentatie van de At Work’s als geheel, is dit wat mij betreft het belangrijke onderdeel van deze tentoonstelling. Deze combinatie van oorspronkelijk werk en remake, maakt inzichtelijk wat het denkraam is waarbinnen Ian Wallace zijn vragen stelt en werkt. Zo geeft deze opstelling de inhoudelijke ondersteuning aan het werk wat ervoor en het werk wat erna is ontstaan. Zodoende wordt de context verduidelijkt, waarbinnen het werk van Wallace zich ontwikkeld en waardoor het ook in de actualiteit van een hedendaags kader zijn zeggingskracht behoudt.
Op de tussen etage wordt op een kleine monitor een recent interview met Ian Wallace getoond waarin de kunstenaar persoonlijk nader ingaat op zijn werk en zienswijze.
De tentoonstelling samengesteld door Renske Janssen in Witte de With, maakt mij nieuwsgierig naar met welke invalshoek het werk van Ian Wallace in Düsseldorf en Zürich van Wallace wordt gepresenteerd.
fotobijschriften: foto 1 At Work, 2008, foto 2 At the Crosswalk IV, 2008